Elke uitbater van een inrichting die gewoonlijk voor het publiek toegankelijk is en die behoort tot een van de categorieën van publiek toegankelijke inrichtingen die hieronder vermeld worden (zie ‘Voorwaarden’), is objectief aansprakelijk voor lichamelijke en materiële schade aan derden veroorzaakt door een brand of een ontploffing in de inrichting. Dit geldt onverminderd het gewone verhaal op de personen die verantwoordelijk zijn voor de schade.
Daarom moet een uitbater van een dergelijke inrichting voorafgaand aan de (her)opening van de inrichting gedekt zijn door burgerrechtelijke aansprakelijkheidsverzekering in geval van brand en ontploffing.
Opladen verzekering objectieve aansprakelijkheid brand en ontploffing
Voorwaarden
Het begrip ‘gewoonlijk voor het publiek toegankelijk’ veronderstelt een regelmatig terugkomende omstandigheid, ook al wordt het publiek er slechts onder bepaalde voorwaarden toegelaten. Concreet is een inrichting gewoonlijk toegankelijk als één van volgende grenzen (van het toegankelijk stellen) overschreden wordt:- 12 keer per jaar
- 2 keer per maand
- 2 opeenvolgende dagen
- 24 dagen per jaar.
Categorieën van inrichtingen die verplicht over deze verzekering moeten beschikken: - de dancings, discotheken en alle openbare gelegenheden waar gedanst wordt;
- de restaurants, frituren en drankgelegenheden, wanneer de totale voor het publiek toegankelijke oppervlakte ten minste 50 m² bedraagt;
- de hotels en de motels met ten minste 4 kamers, die ten minste 10 klanten kunnen ontvangen;
- de kleinhandelswinkels waarvan de verkoopruimte en de aanpalende opslagruimte een totale oppervlakte van ten minste 1000 m² hebben;
- de jeugdherbergen;
- de artistieke cabarets en de circussen;
- de bioscopen en theaters;
- de casino's;
- de culturele centra;
- de polyvalente zalen, voor onder meer voorstellingen, openbare vergaderingen en sportmanifestaties;
- de sportzalen;
- de schietstanden;
- de stadions;
- de handelsbeurzen en de tentoonstellingszalen;
- de gesloten kermisinstallaties waarvan de totale voor het publiek toegankelijke oppervlakte ten minste 100 m² bedraagt;
- de opblaasbare structuren;
- de handelsgalerijen waarvan de totale voor het publiek toegankelijke oppervlakte gelijk is aan of groter dan 1000 m²;
- de pretparken;
- de ziekenhuizen en de verzorgingsinstellingen;
- de service-flatgebouwen, de woningcomplexen met dienstverlening en de rusthuizen voor bejaarden;
- de inrichtingen voor onderwijs en beroepsopleiding;
- de kantoorgebouwen waarvan de totale voor het publiek toegankelijke oppervlakte ten minste 500 m² bedraagt;
- de stations, het geheel van de metro-installaties en de luchthavens;
- de gebouwen voor de uitoefening van erediensten, waarvan de totale voor het publiek toegankelijke oppervlakte ten minste 1000 m² bedraagt;
- de gebouwen van de hoven en rechtbanken.
|
Regelgeving
Wet van 30 juli 1979 betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen
Koninklijk besluit van 19 februari 1991 betreffende de inrichtingen die onder de toepassing vallen van hoofdstuk II van de wet van 30 juli 1979